Zorg en ondersteuning voor wie dat nodig heeft

‘Grutsk’ zijn ze op de inwoners van Noardeast-Fryslân en Dantumadiel. Wethouders Jouke Douwe de Vries en Rommy Kempenaar hebben diep respect voor hoe iedereen zich door deze Coronacrisis heen slaat. Vanuit hun portefeuille gaan hun gedachten daarbij vooral uit naar alle mensen in de zorg. Naar diegenen die zorg verlenen en diegenen die zorg nodig hebben. Voor hen is het een zware tijd. En we zijn er nog niet, zo waarschuwen beide wethouders, we zullen elkaar nog langer hard nodig hebben. Ook om de zorg betaalbaar te houden.

‘GRUTSK’ ZIJN ZE OP DE INWONERS VAN NOARDEAST-FRYSLÂN EN DANTUMADIEL.

Rommy Kempenaar, wethouder Dantumadiel (links) en Jouke Douwe de Vries, wethouder Noardeast-Fryslân (rechts). Dit beeldmateriaal is van voor de Coronacrisis.

Zo houden zij er rekening mee dat door deze Coronacrisis de vraag naar zorg toe zal nemen. En dat terwijl er al een behoorlijke uitdaging voor beide gemeenten ligt om ook op langere termijn de zorg binnen het sociaal domein te kunnen blijven betalen. Vooral ook omdat Noardeast-Fryslân en Dantumadiel die financiële opgave niet ten koste willen laten gaan van de mensen in hun gemeenten die die zorg zo hard nodig hebben. Om dat te kunnen doen, hebben we onze inwoners wel nodig, zo is de boodschap van beide wethouders.

We zouden het bijna vergeten, maar voor deze crisis hadden bijna alle gemeenten in Nederland al te maken met flinke financiële tekorten binnen het sociaal domein. Om daar iets aan te doen, zijn Noardeast-Fryslân en Dantumadiel vorig jaar met een aantal maatregelen gekomen. ‘Ombûgings’, zo noemt wethouder Jouke Douwe de Vries de maatregelen met een mooi Fries woord. Er wordt namelijk vooral ingezet op het anders en slimmer inzetten van het beschikbare geld binnen het sociaal domein, dus het ombuigen van geldstromen, zodat de zorg overeind kan blijven.

In totaal zijn het 34 maatregelen. Maatregelen die er op den duur voor moeten gaan zorgen dat de gemeenten zorg kunnen blijven bieden voor het bedrag dat daarvoor beschikbaar is. Sinds 2015 is de verantwoordelijkheid van de gemeente voor Wmo en jeugdzorg steeds groter geworden, terwijl de bijdrage vanuit het Rijk juist geleidelijk aan werd afgebouwd. Goed om te weten is dat we als burgers zelf grotendeels meebetalen aan de kosten binnen het sociaal domein. Die ombuigingen zijn dan ook hard nodig.

Zeker ook met het oog op de hogere kosten door de Coronacrisis die nog verwacht worden. En de eerste ombuigingen hebben al het nodige succes opgeleverd, zonder dat de meeste mensen daar iets van gemerkt hebben. “Maar”, zegt De Vries, “de grootste ombuigingen moeten nog komen en het is onvermijdelijk dat onze inwoners daar het een en ander van gaan merken. We vragen dan ook hun medewerking om die ombuigingen mogelijk te maken.”

De veranderingen in het sociaal domein hebben trouwens niet alleen tekorten opgeleverd, maar ook veel goeds gebracht. “De gebiedsteams hebben ervoor gezorgd dat zorg dichterbij de mensen is gekomen. Aan de andere kant zijn veel taken bij de gemeente neergelegd, waar we niet de regie over hebben”, zegt Kempenaar. Om daar een brug tussen te slaan willen de gemeenten gaan samenwerken met huisartsen, scholen en welzijnsorganisaties. De Vries: “De samenwerking met de huisartsen willen we vooral zoeken in de hulp aan jongeren. Kunnen we als gemeente ondersteunen in het benodigde traject in plaats van een duurder zorgtraject in te zetten? Voor het onderwijs loopt een pilot om de hulpverlener al op school in te schakelen. Dat zorgt voor kortere lijnen, meer rust en sneller resultaat. De welzijnsorganisaties in de gemeenten kunnen in veel gevallen gelijksoortige hulp bieden als duurdere zorgaanbieders. We willen meer gebruikmaken van die voorliggende voorzieningen.”

Het is ook nodig om kritisch naar de huishoudelijke hulp te kijken. Het aantal mensen dat gebruik maakt van de huishoudelijke hulp is sinds vorig jaar sterk gestegen en daarmee ook de kosten. De Vries: “We willen, waar dat kan, de basisvoorziening in de huishoudelijke hulp terugbrengen van 3 naar 2 uren. Niet alleen om kosten te besparen, maar ook om te zorgen dat de thuishulporganisaties de grote aanwas aan cliënten aankunnen. Zo hopen we alle mensen te kunnen blijven bedienen die huishoudelijke hulp nodig hebben. Een ander mooi voorbeeld van een maatregel die niet ten koste gaat van de zorg, is dat we veel steviger kijken naar het contractbeheer. Wat spreken we af met een zorgaanbieder, wat biedt hij aan tegen welke prijs en kan dat ook anders? En wordt ook het afgesproken resultaat gehaald?”

Hoewel wethouder Rommy Kempenaar financiën en bedrijfsvoering in zijn portefeuille heeft, heeft hij ook veel te maken met zorg: “Want werk is welvaart, en welvaart is welzijn, zeg ik altijd. De cijfers wijzen uit dat mensen die in een lagere sociaal economische klasse leven over het algemeen meer zorg nodig hebben dan de mensen met een hoger inkomen. Dat de overheid de hogere inkomens beloont en de lagere inkomens in verhouding meer belasting laat betalen, baart mij daarom zorgen. Het mag niet uitmaken waar je wieg heeft gestaan hoe je als kind terechtkomt. Ieder kind moet op schoolreisje kunnen en fatsoenlijke kleding kunnen dragen. Toch hebben we hier in onze regio veel te maken met armoede, vaak verborgen. Dat heeft invloed op het welzijn van een ieder. Er mag niet te veel op het bordje van de kwetsbaren in onze samenleving terechtkomen.”

“We hebben hier echt als voordeel dat we in kleine dorpen en gemeenschappen wonen”, vervolgt Kempenaar. “Stap eens wat vaker binnen bij elkaar, help je medemens, durf te vragen hoe het met iemand gaat. Ik ben ervan overtuigd dat we daarmee echt op dure zorgtrajecten kunnen besparen. De rol van de overheid wordt in heel veel dingen overschat, die is beperkter dan mensen denken.” De Vries besluit: “Iedereen heeft recht op goede zorg, maar solidair zijn naar elkaar is onze kracht altijd geweest in deze regio, en ik hoop dat dat zo blijft.”

WELZIJNSORGANISATIES BRENGEN VRAAG EN AANBOD BIJ ELKAAR

De welzijnsorganisaties het Bolwerk en Timpaan brengen vraag en aanbod in de gemeenten Dantumadiel en Noardeast-Fryslân bij elkaar en verbinden mensen met elkaar waar dat niet vanzelf ontstaat. Ze maken hierbij gebruik van alle hartverwarmende initiatieven die in de regio worden opgezet.

  • Bent u gestart met, of aangehaakt bij een initiatief wat kwetsbare inwoners ondersteunt? Geef dit dan door aan het Bolwerk, zodat zij de boodschap verder kunnen verspreiden.
  • Wilt u hulp aanbieden, maar weet u niet precies wat u kunt doen? Schroom dan niet contact met hen op te nemen. Zij brengen u dan in verbinding met de juiste mensen.

Welzijnsorganisatie Het Bolwerk, telefoonnummer (0519) 292 223 of mail naar info@het-bolwerk.eu

Bron: http://www.themanieuws.nl/app/publication/SDDD201/8018